dinsdag 28 juli 2015

Het Grote Bavo Dhooge interview



Enige tijd geleden kreeg ik het volgende persbericht in mijn mailbox:

'Eyeworks koopt rechten Styx-trilogie van Bavo DHOOGE
Styxmata, het nieuwe deel in de reeks, verschijnt deze week
Met de nodige trots melden wij u dat productiemaatschappij Eyeworks (Cordon, Eigen Kweek, De Zaak Alzheimer…) de rechten op de Styx-trilogie heeft aangekocht. De verfilming is gepland voor de nabije toekomst.'



Ik ken Bavo Dhooge al jaren en een stuk van mijn boekenkast wordt dan ook door zijn boeken ingenomen. Hij heeft een innemelijke persoonlijkheid, is erg talentvol maar bescheiden, en zijn verhalen verrassen keer op keer. Als fan van zijn werk, vond ik het dus hoogtijd deze veelzijdige schrijver eens aan de pen te voelen.

Bavo, bedankt dat je dit interview voor mijn blog wilt doen. Je hebt al een behoorlijk oeuvre en hebt al heel wat prijzen gewonnen en nominaties gekregen, waaronder de Diamanten Kogel voor de beste Spannende Thriller en de Hercule Poirotprijs. Erkenningen voor je schrijven of denk je: zelfs zonder die prijzen weet ik wat ik als schrijver waard ben?

Iemand wees me erop dat ik door de Schaduwprijs, de Diamanten Kogel en de Hercule Poirotprijs te winnen de meest gelauwerde Vlaamse misdaadliteratuur moet zijn. Eigenlijk houdt het me weinig bezig, al mag ik de afgelopen 15 jaar echt niet klagen wat betreft goede recensies en sterren. Ik kreeg drie keer op rij de volle 5 sterren in de VN Thrillergids en ik ben blij dat ik al die prijzen heb gewonnen, maar tegelijk kan ik het echt wel relativeren, want met alle respect: wat stellen die prijzen voor in het buitenland bijvoorbeeld? Of bij de doorsnee lezer die liever een makkelijk weg te lezen verhaal leest? Ik ben wel blij dat die prijzen goed vrij verspreid liggen (2002, 2009 en 2013) want dat betekent dat mijn werk consistent is. Ik besef ook wel dat mijn oeuvre geen groot commercieel publiek aanspreekt. Ik schrijf geen bestsellers, men noemt me dan ook wel eens een writer’s writer. Het klopt dat ik overal schouderklopjes en complimenten krijg, maar eerlijk gezegd schrijf ik nog altijd het liefst van al voor mezelf. De kick van het schrijven op zich volstaat voor mij om ervan te genieten. Het is waar dat ik geen tafelspringer ben, nooit geweest. Ik heb er geen behoefte aan de stem van Vlaanderen te zijn en vind het normaal dat het grote publiek mijn naam niet kent. Van nature ben ik een eenzaat, en daar voel ik me goed bij. Ik relativeer dat met het bekende aforisme van Woody Allen waarbij hij zegt dat hij niet bij een club wil horen die hem als lid zou aanvaarden.

Je bent een veelzijdig schrijver, niet beperkt tot een bepaald genre. Je schrijft thrillers, detectives, jeugdboeken en sciencefiction. Maar welk genre schrijf je nu het liefst? Waar kun je het meest je ei in kwijt?

Ik vertrek altijd vanuit personages en verhalen, nooit vanuit hokjes, etiketten of genres. Jammer genoeg stoppen mensen je vaak in een hokje, men wil je nu eenmaal kunnen benoemen. Vandaar ook het succes van langlopende series met steeds terugkerende personages. Ik maak het me mezelf een beetje moeilijk door alsmaar opnieuw het publiek voor me te willen winnen met zogenaamde ‘stand alones’. Zelfs de LA serie (die 10 delen zal beslaan) is strikt genomen geen serie. Kortom, het begint altijd met een goed idee, vertrekkend vanuit een boeiend personage. Genreliteratuur of literatuur met de grote L, het kan me eerlijk gezegd gestolen worden. De enige steeds terugkerende kenmerken zijn veel humor, een filmische schrijfstijl en een licht surrealistische kantje en voorliefde voor het bijzondere in het leven. Voor mij dus liefst geen alledaags verhaal.

Misschien een beetje een clichévraag, maar omdat je net zegt dat je soms vanuit personages met een verhaal vertrekt: in welk personage uit je boeken herken je het meest jezelf?

Vreemd genoeg zit er altijd wel iets van mezelf en van elke schrijver in elk van zijn personages. Daar kan je echt niet aan ontsnappen. Maar het personage van de lonesome cowboy, de eenzaat of de underdog, of dat nu in een western, een thriller of een zombieboek is, spreekt me wel heel erg aan, net zoals het personage uit ‘Scam Alam’, dat net als ik ook in de reclamebusiness heeft gewerkt, maar een andere richting uitgaat. De nobele ridder die alsmaar probeert goed te doen, maar tegen wil en dank, het deksel op de neus krijgt. Ook een beetje verwant, als ik er zo over nadenk, aan het prototype van de privédetective (Pat Somers à la Philip Marlowe).

Dat kan ik ergens wel zien, ja. Wat is uit je hele oeuvre jouw favoriete boek?

Kan ik echt niet zeggen. Het boek dat ik nog moet schrijven, denk ik.

Je schrijft minimaal twee boeken per jaar. Hoe ziet een gemiddelde werkdag er bij jou uit?

Opstaan om acht uur. The 7 minute workout om in vorm te blijven. Ontbijten met koffie. Mails checken. Beginnen schrijven van 9u30 tot 12u. Pauze. Lunch. Middagdutje op zijn Don Draper’s. Daarna sporten, tennis, fietsen of wandelen. Mails checken. Van 15u tot 17u herlezen wat ik heb geschreven en verbeteren. Vanaf 17u is het tijd voor ontspanning.


Veel van je thrillers zitten boordevol vreemde personages die in hilarische toestanden terechtkomen. Naast sterke plots en spanning, ontbreekt het je ook niet aan de nodige portie humor. Een geslaagde combinatie in jouw geval. Komen die surrealistische gebeurtenissen en komische gevallen al schrijvend aangewaaid? Of heb je een notitieboekje waarin je alles wat je ziet of hoort uit je omgeving in opschrijft?

Het leven an sich is al voldoende surrealistisch! In 15 jaar heb ik al genoeg meegemaakt en mensen tegengekomen om te beseffen dat de fictie vaak wordt ingehaald door de realiteit. Humor is ook het enige dat je in leven houdt. Ik koester een diep wantrouwen tegenover mensen zonder gevoel voor humor. Zoals Oscar Wilde al zei: ‘Don’t take life too seriously, because you cannot come out alive’. Dat is ook een van mijn levensmotto’s. Durf het leven en jezelf te relativeren. Daarnaast heb ik inderdaad een hele kast vol met notitieboekjes, maar de belangrijkste zaken zitten in mijn bovenkamer. Sommige dingen en personages blijven je voor eeuwig bij en moeten gewoon worden uitgeschreven in een verhaal.

Je bekende me onlangs dat je nog nooit een voet in Amerika gezet hebt. Toch spelen je L.A. thrillers zich af in Amerika. Als je ze leest, zou je niet zeggen dat je er nog nooit geweest bent. Hoe doe je dat?

Veel research. LA is ook maar een achtergrondprojectie, zoals in een oude film. Het is een decor, het is geen personage zoals Gent dat wel was. Verder ben ik een filmfreak en ken ik de stad dus wel een beetje uit films, uit boeken, en ik ken twee mensen die er wonen en af en toe wat passages finetunen en verbeteren. Voorts is er natuurlijk ook nog het internet, met Instagram, Google Earth, enz.


Een vraag die je vast al vaker hebt gehoord. Zo wat alle titels van je boeken en verhalen beginnen met een 'S'. Vanwaar die obsessie? Of is het toevallig zo begonnen en als grap verder gegaan?

Het is geen bewuste keuze, maar een geleidelijke evolutie. Mijn eerste boek heette ‘Spaghetti’ (geen kookboek overigens), voor mijn tweede boek had ik oorspronkelijk een heel andere titel die veel minder catchy en toepasselijk was dan ‘SMAK’. Toen ik van de VRT de vraag kreeg om een paar scenario’s te schrijven voor de crimi-serie ‘Sedes & Belli’ en ook een extra aflevering in boekvorm te gieten, heb ik niet geaarzeld. Toen had ik dus drie boeken die met de letter ‘S’ beginnen en toen al maakten verschillende mensen er mij opmerkzaam op, vooral journalisten, dat dit een leuke gimmick was. Meer nog, verschillende mensen dachten zelfs dat het om een trilogie ging omdat ze alledrie met dezelfde letter begonnen, al hadden ze weinig met elkaar te maken. Vanaf dan heb ik het belang ingezien van een handelsmerk. Een boek wordt vaak gekocht of gekozen op basis van cover of titel. Maw: een titel is een heel belangrijke keuze, zo heb ik geleerd. Ik schrijf heel uiteenlopende dingen, van komische detectiveromans, literaire romans tot griezelboeken en non-fictiewerken, zowel voor jeugd als voor volwassenen. Daarom beschouw ik die ‘S’-reeks als een verzameling, een kapstok. De letter ‘S’ vind ik trouwens de mooiste letter van het alfabet, niet alleen puur grafisch. Er zijn veel interessante woorden die met de letter ‘S’ beginnen: surrealisme, spanning, suspens, speels, spel, schrijven: allemaal kenmerken die in mijn boeken terug te vinden zijn. Het is ook de beginletter van de naam van mijn zoon: Samuel. Daarom is de letter ‘S’ voor mij een verzamelnaam voor de ‘Spielerei’ waarmee ik me bezig hou. De oorspronkelijke bedoeling was om na 19 boeken te stoppen met de reeks omdat de letter ‘S’ ook de 19de letter is van het alfabet, maar ik merk dat ik een beetje verslaafd ben geraakt aan het concept. Eind 2016 zal ik wellicht tegen de 100 ’S-Boeken’ hebben. Bedoeling is om dan met een soort overzichtstentoonstelling over 15 jaar ’S-Express’ de cirkel te sluiten.

100 boeken, geen geringe prestatie, Bavo. Kun je wat meer over die overzichtstentoonstelling  vertellen?

Nog niet, daar zijn we nog volop mee bezig met diverse partijen.

Onlangs is het tweede deel in de Styx trilogie verschenen: 'Styxmata'. Een spannende, originele reeks met de zombie-flik Styx in de hoofdrol. (recensie hier te vinden) Niet alleen is het een erg goede, populaire reeks, maar de Engelse vertaling is inmiddels ook rond en in november zal het boek in Amerika verschijnen. De droom van iedere Nederlandstalige schrijver. Vertel eens, hoe ging dat in zijn werk?

Ik wilde eens een doodgewone Vlaamse politieroman schrijven met een duo in de hoofdrol omdat ik dat nog nooit had gedaan, maar ik wilde er toch iets speciaals van maken. Een van de twee flikken heeft namelijk ‘een hoek af’, aangezien hij een zombieflik is. Het idee ontstond toen ik op een ochtend in volle midlifecrisis opstond en me echt een zombie voelde. Mijn lichaam was een wrak en ik begon me veel vragen te stellen. Twee elementen speelden hierin een belangrijke rol om niet te verzanden in de typische zombie van de B-film. Hier in ‘Styx’ betreft het geen plaag van vele zombies, maar gaat het over een man die terugkeert uit de doden met alle dagdagelijkse en praktische ongemakken vandien. Hij is bovendien de enige in zijn soort en vraagt zich af wat de zin van dit vreemde afterlife is, waar alle anderen zitten, wie zijn Maker is. Er zit dus een existentieel kantje aan. Ten tweede keert Styx in zijn tweede leven –het vagevuur– terug als een goede versie van zichzelf. Hij is ‘the good zombie’ en dat is de kern van het verhaal. Wat als je zou kunnen terugkeren als een beter persoon dan in je vorig leven? Zulke vragen houden het interessant en doen het boek, denk ik, uitstijgen boven het genre van de zombieliteratuur. Het was eigenlijk de bedoeling om eerst met een andere vertaling op de Amerikaanse markt te komen (“Santa Monica”), maar toen mijn Amerikaanse agent hoorde dat ik met een boek over een good zombie bezig was, kreeg dat voorrang. Meer nog: op basis van een pitch van drie woorden (Zombiecop VS Seriewoordenaar) kreeg hij het manuscript verkocht aan de Newyorkse uitgeverij Simon & Schuster. Josh Pachter, mijn Amerikaanse vriend en vertaler, ging als partner aan de slag en vertaalde het boek. Hoewel de deal al eind 2013 was getekend heeft het toch nog tot eind 2015 geduurd om eindelijk daar de debuteren. Maw: het ging in het begin heel snel, maar blijkbaar verlopen de zaken in de Amerikaanse uitgeverswereld soms nog trager dan hier.


Niet alleen een Amerikaanse uitgave, wat op zich al een bijzondere prestatie is, maar ook de filmrechten zijn inmiddels verkocht aan EyeWorks. Het zal de eerste sci-fi/fantasy serie worden op de Vlaamse televisie. Hoe voel je je daarbij?

Goed. Ik heb het wat losgelaten want het waren lange onderhandelingen die 8 maanden hebben geduurd. Ik moest mezelf voortdurend de vraag stellen waarom men nu net Styx wilde verfilmen tot een Vlaamse televisieserie. Maw: wat zou de serie zo speciaal kunnen maken? Dat betekent dat je heel wat vertrouwen moet hebben en geven aan het productiehuis in kwestie en dat heeft dan ook de doorslag gegeven. De makers willen echt gaan voor iets compleets nieuws, iets helemaal on-Vlaams, iets rauws. De lat ligt echt wel hoog, zo hoor ik. Er wordt gerefereerd aan True Detective en Les Revenants. Bovendien heeft het productiehuis ook al een paar Vlaamse series kunnen maken en kunnen doorverkopen aan het buitenland. Maar ik ben er niet actief bij betrokken. Ik mag natuurlijk de scripts meelezen en op de set verschijnen, maar de belangrijkste beslissingen worden genomen door de makers. Ik ben nuchter genoeg om te weten dat de wereld van de televisie heel duur is en het dus ook een compleet andere stiel is dan het schrijven van een boek.


Je bent zelf ook regisseur en scenarioschrijver, en wat ik daarvan al gezien heb, is origineel en goed. Zou je de serie 'Styx' niet liever zelf verfilmen?

Neen, dat stond van meetafaan vast. Ik ben wel afgestudeerd als regisseur, maar ik ben al meer dan 15 jaar uit dat wereldje. Bovendien denk ik dat andere mensen met een nieuwe frisse bril en een breder perspectief het verhaal van Styx nog rijker kunnen maken. Schoenmaker blijf bij je leest dus!


Styx is nogal een apart figuur, en dat niet enkel omdat hij een zombie is. Wie zie je in de Vlaamse hoofdrol van Styx? En als het een Amerikaanse reeks zou worden, welke acteur zou dan het beste bij Styx passen?

Ik mag natuurlijk nog niet teveel verklappen over een mogelijke casting, maar Styx moet alleszins een mooie karakterkop hebben, met veel allure en uitstraling. De eerste naam die opduikt is dan vanzelfsprekend Matthias Schoenaerts, maar dat zal wel te hoog gegrepen zijn. Hoewel, na Rundskop, zou het  plaatje echt wel kloppen. Maar goed, er lopen nog een pak andere goede acteurs in Vlaanderen rond. Ik ben wel benieuwd. Als de reeks ooit wordt verkocht in de US dan zal men toch vooral gaan voor een echte mooie jongen die een sexy zombie kan spelen, zoals Matthew McConaughey.

Hmmm, daar kijk ik alvast naar uit. Het eerste deel van Styx speelt zich af in Oostende, het tweede deel in Ieper en Wenen. Heb je al een idee waar het derde deel zich zal afspelen? En waar zou je zelf het liefst wonen?

Het derde en laatste deel, ‘Styxmania’, zal zich niet in een Europese stad afspelen zoals Oostende of Wenen. Beetje bijgeloof, maar ik wil daar nog niet te veel over kwijt. Ik moet het boek ook nog schrijven en het zal wellicht pas verschijnen in 2017. Waar ik het liefst zou wonen, dat is een andere vraag: ik woon graag in Gent en Oostende, maar wat het buitenland betreft kan er volgens mij niets op tegen de Big Apple. New York lijkt me de stad bij uitstek voor een schrijver. Ik ga er wellicht eind dit jaar heen om ‘Styx’ te promoten in de US, dus het is voor mij een eerste kennismaking. Misschien blijf ik er wel plakken, wie weet! Maar anders zijn er ook nog een pak andere rustigere plekken die me kunnen bekoren: Toscane, Zuid-Frankrijk, Parijs, Londen…

Styx kan zich, doormiddel van een zakhorloge, verplaatsen van het heden naar het verleden. In welke tijdsperiode zou jij eens een jaartje willen doorbrengen?

De jaren twintig van Parijs, zoals in de film van Woody Allen ‘Midnight in Paris’. Op café gaan met Hemingway, Fitzgerald, Stein, Picasso, Dali, Dos Passos, enz. Lijkt me heerlijk!

Klopt het dat je een beetje vader issues hebt en dat je die soms verwerkt in je verhalen?

Onlangs nog zei iemand dat de relatie vader-zoon als een rode draad in mijn werk loopt. Dat zou wel eens kunnen kloppen, ja.

Als je niet zou schrijven, wat zou je tweede keus dan zijn?

Geen idee. Ik denk dat ik altijd zou schrijven. Niet schrijven is geen optie.

Veel schrijvers en kunstenaars hebben, naast hun werk, een of andere verslaving. Hoe zit het met Bavo Dhooge?

Schrijven is mijn verslaving. En daarnaast natuurlijk ook lezen, boeken, films, reizen, sporten, tennis, muziek, jazz, fotografie, uitgaan, enz.


Oké, een gezonde verslaving dus, maar wat is het meest schaamtevolle dat je ooit gedaan hebt, gerelateerd aan schrijven? M.a.w. wat zou je willen wissen uit het verleden?

Je ne regrette rien. Niets dus. Ik leef graag met de beslissingen die ik heb genomen, ook al waren het niet altijd de juiste.

Een mooie instelling. Mogen we weten hoe jouw ideale (schrijvers)toekomst er uitziet? Droom maar een end weg, bij deze wordt beloofd dat het niet gejinxt wordt.

Styx wordt een succes in LA. Daar wordt dan een Hollywoodfilm van gemaakt zodat ik kan verhuizen naar New York of LA om daar respectievelijk een bestseller te schrijven en een eigen televisiereeks voor HBO te leiden als showrunner.

We duimen allemaal voor je mee! En gerelateerd aan de vorige vraag. Je schrijft ook soms sciencefiction. Zie je de toekomst van de mensheid, de Aarde, rooskleurig in of eerder als een doemscenario?

Rooskleurig. We hebben de maan al gehad, straks naar Mars!

En als laatste: heb je een tip voor de vele schrijvers die nog niet het geluk hebben gehad uitgegeven te worden?

Blijven volhouden. Ik heb nog altijd een dikke map met alle weigeringen in. Net toen ik er de brui aan wilde geven werd mijn eerste manuscript aanvaard. Daarom maak ik het nu misschien goed met honderd boeken. Maar minstens even belangrijk is die map met weigeringen. Als je een boek hebt geschreven, ben je al een winnaar op zich. Schrijvers zullen het altijd halen.

Bedankt voor het interview, Bavo. En nu maar reikhalzend uitkijken naar je volgend boek!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten