Ieper 2014. De stad is volop
in de ban van de honderdjarige herdenking van WOI. In het In Flanders
Fields-museum raken bij een aanslag een aantal bezoekers bevangen door
mosterdgas dat is vrijgelaten. Op beelden van de veiligheidscamera is te zien
hoe een jonge vrouw ontsnapt. Inspecteur en sapeur Joachim Delacroix, die is
overgeplaatst uit Oostende, opent een onderzoek naar de mysterieuze
verdwijning.
Delacroix
schakelt de hulp in van zijn ex-overste en ex-mens, Raphaël Styx, de zombiecop
die in Wenen verblijft. Via het zakhorloge van zijn schoonvader reist Styx
geregeld terug in de tijd naar een Weens sanatorium van 1914; zo ontsnapt hij
ook aan de gruwelijke zombie die hij is geworden. Aan de vooravond van de
Eerste Wereldoorlog leert hij in het kuuroord een jonge patiënte kennen. De
zombie, wiens hart niet meer klopt, verliest zich in de liefde.
Styx, de zombie-flik, die meer mens
geworden is sinds hij als zombie 'ontwaakte', trekt zich regelmatig terug in
een sanatorium in het Wenen van 1914. Alleen daar ontsnapt hij aan de gruwelen
van zijn nieuwe bestaan. Wanneer hij er in een spiegel kijkt, ziet hij weer de
menselijke Styx van vroeger. Maar hij is eenzaam, eenzaam als mens en als
zombie. Tot hij er een patiënte ontmoet: Marija. Ze komt hysterisch in het
sanatorium terecht, volledig onder het bloed. Styx krijgt een band met haar,
ontwikkelt zelfs gevoelens voor haar. In de tijd van nu, waar Styx af en toe
naar terugkeert doormiddel van een zakhorloge, vraagt zijn oude partner
Delacroix zijn hulp bij het oplossen van een zaak. Na enige twijfel en onder
druk geeft hij toe. En dan ontmoet Styx toch nog enkele soortgenoten, een
illuster gezelschap met onder andere Kraus, Mahler, Schiller, Goete en vele
andere bekende filosofen en kunstenaars. Ze hebben een soort van derde Weense
school, bestaande uit zombies, opgericht. Styx is eindelijk niet meer alleen,
of toch wel?
Bavo schetste met dit tweede deel
een donkerder, meer sinister beeld van het leven van de mens en de zombie. Hoe
hij daarmee omgaat, met zijn letterlijk en figuurlijk verval, zijn manier om de
honger te stillen, hoe anderen hem zien, geeft Dhooge treffend en met
gruwelijke realiteit weer. Je zou zomaar geloven dat Styx ergens rondloopt.
Je krijgt niet alleen meer inzicht
in de mens/zombie Styx, maar ook een prachtig geschetst beeld van het Wenen uit
de vorige eeuw, de kunstenaars, muzikanten, grote denkers die toen
overheersten. Zelfs de politiek komt uitgebreid, maar passend in het verhaal,
aan bod.
De auteur heeft niet alleen een
spannend verhaal geschreven, maar ook een diepzinnig relaas en met zoveel
nieuwe wendingen dat je continu voor verrassingen komt te staan. Heel knap
gedaan.
Geen wonder dat de Styx boeken
vertaald zijn en binnenkort in Amerika verschijnen, en dat de filmrechten door
EyeWorks gekocht zijn. Ze hebben er allemaal een fantastische deal mee gemaakt.
De Styx boeken, nu twee delen
binnenkort drie, zijn stuk voor stuk pareltjes. Weliswaar bloederige parels,
maar met een prachtige finesse en diepzinnigheid geschreven.
De reeks in een genre proppen is
haast onmogelijk, het is eerder een cross-over van horror, detective, zwarte
humor, sciencefiction, geschiedenis en liefde (de liefdesscene tussen twee
vrijende zombies kun je zowel vertederend als gruwelijk vinden, maar hoe dan
ook: romantisch).
Het derde deel mocht er voor mijn
part al zijn, want ik zal de getormenteerde Styx en zijn flamboyante ex-collega
danig missen.
ISBN: 9789089243737
Uitgeverij: Houtekiet-Fantasy
Pagina's: 283
Prijs: 17,99
Bavo Dhooge
Geen opmerkingen:
Een reactie posten