Bron afbeelding: horrorsnotdead.com
Volgens mij
was ik nog geen tien toen ik mijn eerste boek over paranormale fenomenen kocht
en meteen was ik door het onderwerp gebeten. Sindsdien heb ik wel honderden
boeken over het onderwerp verslonden. Ik wilde er alles over weten, zoog de
informatie op als een spons, maar bleef er wel met een sceptische blik naar
kijken. Laat ik het zo zeggen, mijn
filosofie is: alles is mogelijk, tot het tegendeel bewezen is. Ik sta dus open
voor veel, maar blijf met mijn beide voeten op de grond.
Er is
echter één 'theorie' waar ik voor bijna honderd procent achtersta. Deze stellige overtuiging is gebaseerd op een
combinatie van jarenlang onderzoek en een buikgevoel.
De eerste
maal toen ik de theorie aankaartte,
was tijdens mijn studies psychologie. We hadden de opdracht gekregen een
werkstuk over een zelfgekozen onderwerp te schrijven, maar het moest natuurlijk
wel in de lijn van het vak blijven. Aangezien het fenomeen ‘slaap’ een obsessie
van me was, schreef ik een uitgebreid werkstuk over dromen en nachtmerries, met
een onderzoek eraan gekoppeld.
Het was
echter mijn conclusie die de professor verbaasde. Ik had me namelijk ook in
voorspellende dromen verdiept. Waar komen ze vandaan? Zijn ze toevallig of zijn
ze echt? Waarom hebben sommigen voorspellende dromen en anderen niet? Dat
bracht me ertoe om twee interessevelden te combineren in mijn theorie:
paranormale gaven en dromen.
Wat als
ieder mens paranormale krachten in potentie in zich heeft, zoals telepathie,
telekinese, het zien van de toekomst etc.?
Tenslotte gebruiken we onze hersencapaciteiten niet ten volle, dus wat
schuilt er in het gedeelte dat we niet gebruiken? Misschien hebben we altijd
paranormale gaven gehad, maar heeft de geschiedenis, meer bepaald de
maatschappij, die er figuurlijke uitgeklopt. Of misschien moeten we alleen nog
leren hoe die gaven te activeren en te gebruiken, zijn het gaven die zich nog
moeten manifesteren.
Maar hoe
kwam ik nu terecht bij voorspellende dromen? Wel, tijdens de nacht, en dus
tijdens het dromen, staat je bewustzijn uit. We drijven enkel op ons
onderbewustzijn verder. De Grote Blokkade, de angst voor het onbekende, valt
weg. Tijdens het dromen ontstaat er een barst in onze controlemuur en misschien
sijpelen onze latente paranormale gaven er dan even door, met als gevolg: een
voorspellende droom.
Ik herinner
me nog goed dat de prof het een gedurfde theorie vond en zeker om in een zuiver
wetenschappelijk werkstuk te plaatsen, maar ook dat hij het leuk vond om er met
me in discussie over te gaan. En hij verbaasde me door er best wel voor open te
staan. Het werkstuk is intussen twintig jaar oud, maar nog steeds sta ik achter
mijn theorie.
Wie bewijst
me het tegendeel?
PS:
eigenlijk bewijs ikzelf het tegendeel, want in mijn 'Reisgids voor de
droomwereld' (en ook in mijn boekenreeks 'De Fantasiejagers') heb ik een heel
andere, nog gekkere, verklaring voor voorspellende dromen. Benieuwd? Hier kun
je die gratis downloaden.
Mel Hartman
Geen opmerkingen:
Een reactie posten